Ahadieth (overleveringen van de Profeet Muhammad (sas) over taharah (rituele reinheid)
1) Van Aboe Maalik Al Asharie (ra): Rasoel'lullah (sas) zei:
- Reinheid is de helft van het geloof (iemaan)
- Alhamdulillaah (lof aan Allaah) vult de weegschaal (met goede deugden (hasanaat)
- Subhaanallaah (Allaah is vrij van alle onvolkomenheden) en Alhamdulillaah vullen (of vult) tussen aarde en de hemelen.
- Het vijfmaal daglijksgebed (salaat) is een licht (noer)
- Aalmoes (sadaqa) is een bewijs (burhaan) (van het iemaan)
- Geduld (sabr) is een helderheid (diyaa')
- De Qur'aan is een argument voor of tegen je (op de Dag des Oordeels)
Alle mensen staan 's ochtends op, ze verkopen zichzelf, anderen bevrijden of vernietigen zichzelf.
(Muslim/B.1/H.223)
2) Van Aboe Hurayrah (ra): Rasoel'lullah (sas) heeft gezegd:
- Vijf dingen behoren tot de natuurlijke aanleg (al fitrah): de besnijdenis (al khitaan), het scheren van de schaamstreek (al istihdaad), het eruit trekken van de haren onder de oksels, het kortknippen van de snor en het knippen van de nagels.
(Bukharie K.al Isti'dhaan; B. 51; H. 312)
3) Van (`Abdullaah) ibn-i `Umar (rahuma): Rasoel'lullah (sas) zei:
- Doe het tegengestelde van wat de polytheisten (mushrikien) doen: Scheer de snorren en laat de baarden (lang) groeien.
(Muslim, K. at Taharah, B.16/H54)
4) Van `Aaisha (raha): Rasoel'lullah (sas) zei:
- Tien dingen behoren tot de natuurlijke aanleg (al fitrah):
1- de snor kort knippen
2- de baard lang laten groeien
3- (voor de tandverzorging) de miswaak gebruiken
4- de neus met water schoonmaken (istinshaaq)
5- nagels kort knippen
6- tenen wassen
7- de haren onder de oksels eruit trekken
8- de schaamstreek scheren (al istihdaad)
9- na de grote behoefte met water reingen (istindjaa').
Zakariya (één van de overleveraars in de keten) zei:
- Mus`ab (ook één van de overleveraars in de keten) zei: Ik heb de tiende vergeten, dit zou mond wassen (madhmadha) kunnen zijn.
(Muslim. K. at Taharah, B.16/H56)
5) Aboe Hurayrah (ra): Rasoel'lullah (sas) heeft gezegd:
- (De Profeet) Ibrahiem heeft zichzelf op tachtig jaarig leeftijd besneden , met een disselt.
Van Sa'ied ibn Djoebair: (`Abdullaah) Ibn Abbaas werd gevraagd: 'Hoe oud was jij toen de Profeet (sas) overleed?' Hij zei: 'Ik was toen besneden.'(Met andere woorden hij was toen 13 jaar) Ze besneden vroeger een man niet voordat hij de puberteit bereikt had. Sa'ied ibn Djoebair zei: Ibn Abbaas zei: 'Ik was toen besneden.'
(Bukharie K.al Isti'dhaan; B. 51; H. 313)
6)Van Zayd ibn Thaabit (ra): Ik heb Rasoel'lullah (sas) horen zeggen:
"Een kleine wassing is verplicht als je iets eet wat in aanraking geweest is met vuur.*
Muslim. K.3/B. 23/H.90)
(* Deze wet is later afgeschaft (naskh) door de volgende ahadieth:)
7) Van (`Abdullaah) ibn-i `Abbaas (rahuma): "Rasoel'lullah (sas) heeft van de schouderblad van een schaap gegeten en de salaat verricht, zonder opnieuw de woedu` te hebben verricht"
Muslim. K.3/B. 24/H.91)
8) Dja'far ibn Amr ibn Oemajjata'd Dhamrie leverde over dat zijn vader hem (het volgende) verteld had:
- Ik zag Rasoel'lullah (sas) eens een stuk uit de schouder van een schaap snijden toen de oproep tot de salaat klonk. Hij had het mes opzij gelegd en de salaat verricht zonder de kleine wassing (wudoe`) te hebben gedaan'.
(Bukharie B. 53/H. 207)
9) Van Soewaid ibn an-Noe'maan (ra): In het jaar van de verovering van Chaibar reed ik eens uit met Rasoel'lullah (sas) Toen wij in as-Sahbaa' waren, een plaats dichtbij Chaibar, verrichtte Rasoel'lullah (sas) de `asr (namiddag-salaat), en daarna vroeg hij iets te eten. Ze brachten hem alleen maar sawieq (een brij van gedroogde en geroosterde gerst of tarwe soms met suiker en dadels, vaak in droge vorm meegenomen op reis en dan aangemaakt met water of boterolie) Hij beval deze met water aan te maken. Hij at ervan en wij ook; toen stond hij op voor de zonsondergangs-salaat (maghrib). Hij spoelde zijn mond, en wij ook; toen verrichtte hij de salaat zonder de kleine wassing (wudoe`) te hebben verricht.
(Bukharie B. 53/H. 208)
10) Van Ibn Abbaas (rahuma): Wij waren bij de Profeet (sas) toen hij juist van het privaat kwam. Er werd eten opgediend en iemand vroeg: 'Doet u niet de kleine wassing?' Hij antwoordde: 'Hoezo? Ga ik soms de salaat verrichten, dat ik een wassing zou doen?'
(Muslim K.3/B.31/H.119)
11) Van Maimoena (raha): lemand vroeg de Profeet (sas) wat hij moest doen als er een muis in de boter viel. Hij zei:
- Gooi de muis weg en ook dat deel van de boter dat ermee in contact gekomen is. (De rest kun je eten.)
(Bukharie K.4/B.71/H.237)
12) Van Aboe Hurayrah (ra): Rasoel'lullah (sas) heeft gezegd:
- Als een hond uit iemands vaatwerk drinkt moet hij het zeven maal omwassen.
(Muslim/ K2/B27/H.89)
13) Van Ibn Abbaas (rahuma): Een vrijgelaten slavin van Maimoena (raha) werd een schaap als aalmoes gegeven, maar het stierf. Rasoel'lullah (sas) kwam langs het dode dier en zei:
- Waarom hebben jullie de huid er niet afgestroopt? Als je die looit heb je er nog iets aan.
Ze zeiden: 'Maar het dier is dood gegaan (zonder dat het ritueel geslacht was).'
Hij (Rasoel'lullah (sas) ) zei:
- Alleen het eten daarvan is verboden (haraam).
Abu Bakr (ra) en Ibn-i Abie `Umar (rahuma) hebben in hun hadieth gezegd: (overgeleverd) van Maimoena:..(de hadieth als hierboven).
(Muslim K.3/B.27/H.100).
14) Van Abie Hurayrah (ra): De Profeet (sas) zei:
- Laat niemand van jullie in stilstaand water urineren, waarmee je je daarna nog wilt wassen.
(Muslim K.3/B.28/H.95)
15) Waail vertelde: Aboe Moesa was erg streng ten aanzien van (de manier waarop) geürineerd werd. Hij deed het zelfs in een fles en zei: 'De Zonen van Israel plachten, als iemands huid in aanraking kwam met urine, deze weg te knippen met een schaar.'
Hoedzaifa zei daarop: 'Ik zou wensen dat jullie vriend niet zo streng was. Bij Allaah, ik heb meegemaakt dat de Profeet (sas) en ik samen liepen en bij een vuilnishoop achter een muur terechtkwamen. Hij ging staan plassen net zoals een van ons dat zou doen. Ik wilde mij terugtrekken maar hij wenkte, dus ik ging achter hem staan tot hij klaar was.'
(Muslim K2/B22/H.74)
16) Van Anas ibn Malik (ra): 'Een bedoeien urineerde in de moskee en een deel van de muslim gemeenschap liep op hem af (om hem te straffen), waarop Rasoel'lullah (sas) zei:
- Laat hem begaan tot hij klaar is.
(Anas (ra) ) zei 'Toen (de bedoeien klaar was) liet hij water komen en over de plek gieten'.
(Muslim K.2/B.30/H.98)
17) `Ubaidullah ibn `Abdallah ibn `Utba ibn Mas`oed (ra) vertelde dat Umma Qais bint-i Mihsan (raha), een van de eerste Emigrantenvrouwen die Rasoel'lullah (sas) trouw zwoeren, de zuster van `Ukkaasha ibn-i Mihsan (ra), die een van de zonen van Asad ibn Choezaima was.
(`Ubaidullaah) zei: 'Zoals ze (Umma Qais) mij berichtte mij dat ze haar zoontje, dat nog niet oud genoeg was om vast voedsel te eten, naar Rasoel'lullah (sas) bracht. Ze zei tegen mij dat haar zoontje op de schoot van Rasoel'lullah (sas) plaste. Rasoel'lullah (sas) riep om water en sprenkelde dat op zijn kledingsstuk, maar hij waste het niet helemaal.
(Muslim K.2/B.31/H.104)
18) Van `Abdillaah ibn-i Qataada en hij heeft het van zijn vader: Rasoel'lullah (sas) zei
- Als iemand urineert moet hij zijn geslachtdeel niet met zijn rechterhand vasthouden. En hij moet niet na een bezoek aan de w.c. zichzelf met zijn rechterhand afvegen. En hij moet niet in de beker ademen waaruit hij drinkt.
(Muslim K.2/B.18/H.63)
19) Van Aboe Ayyoeb (ra): De Profeet (sas) heeft gezegd:
- Als jullie naar de w.c. gaan, moeten jullie niet met je gezicht of je rug naar de gebedsrichting (nl. Ka`bah) gericht zijn als je je behoefte doet; wend je dus naar het oosten of naar het westen.
Aboe Ayyoeb (ra) zei verder nog: 'Toen wij in Syrie aankwamen vonden we daar w.c.'s die al gebouwd waren in de richting van de gebedsrichting. We gebruikten die zo min mogelijk en vroegen Allaah om vergeving.' (Men vroeg aan Sufyaan, één van de overleveraars in de keten, of het werkelijk zo was) zei hij: ja.
(Muslim K.2/B.17/H.59)
20) Van Abie Hurayrah (ra): De Profeet (sas) heeft gezegd:
- Bij het wakker worden moet je niet je hand in een schotel (gevuld met water) dopen voordat je haar drie maal gewassen hebt, want je weet niet waar je hand die nacht heeft doorgebracht.
(Muslim K.2/B.26/H.87)
21) Van Anas (ra): Als Rasoel'lullah (sas) de w.c. betrad zei hij:
- O Allaah, bij U zoek ik bescherming tegen wat smerig en weerzinwekkend is.)
(Allaahumma innie a`oedhu bika minal khoebthi wal khabaaith).
(Muslim K.3/B.32/H.122)
22) Hammaam ibn Moenabbih vertelt dat hij van zijn vader Aboe Hurayrah (ra) heeft horen zeggen: Rasoel'lullah (sas) heeft gezegd:
- De salaat van iemand die in staat van kleine onreinheid (hadath) verkeert wordt niet aangenomen voordat hij de kleine wassing verricht.
Een man uit Hadramaut vroeg: 'Wat is kleine onreinheid, O, Aboe Hurayrah?'
Hij antwoordde: 'Als je een wind laat.'
(Bukharie K.4/B.2/H.137)
23) Abbaad ibn Tamiem heeft verteld dat zijn oom eens bij Rasoel'lullah (sas) vroeg wat een man moet doen als hij tijdens de salaat denkt dat hij een wind heeft gelaten?' Hij antwoordde:
- Die moet de salaat niet afbreken en weggaan, tenzij hij een geluid gehoord of een geur geroken heeft.
(Muslim K.3/B.26/H98)
24) Van Amr ibn Maimoen: Ik vroeg Soelaimaan ibn Yasaar over zaaddruppels op de kleren van een man. Ik zei: ' Moet hij die afwassen of het hele kledingstuk wassen.
Hij zei: 'Aishah (raha) heeft mij verteld: 'Rasoel'lullah (sas) waste alleen die plek en ging dan naar de salaat; ik kon de sporen van het wassen op zijn kleed zien.'
(Muslim K.2/B.32/H.108)
25) Moes`ab ibn Sa'd (bin Abu Waqqaas az Zuhrie) vertelt: Abdallah ibn Oemar (rahuma) kwam op bezoek bij (`Abdullaah) Ibn Amir (ra) toen deze ziek lag. Hij (`Abdullaah Ibn Amir ) vroeg: 'Wil je niet voor mij tot Allaah bidden, O, (`Abdullaah) Ibn Oemar?' Hij (`Abdullaah Ibn Oemar) antwoordde: 'Ik heb Rasoel'lullah (sas) horen zeggen:
- Een salaat wordt zonder reiniging niet aangenomen, en sadaqa van achterovergedrukt oorlogsbuit wordt niet aangenomen. En jij bent gouverneur van Basra geweest!'
(Muslim K.2/B.2/H.224)
(Wordt bijgewerkt Insha Allaahu Ta`alaa)